Historie de Jong
Omhoog Nieuw(s) MP3 Genealogie Contact

 

[Omhoog]
[Familienamen 1811]
[Emigranten]
[Afgescheidenen]
[Overige informatie] 

Historie Familie De Jong

De stamboomgeschiedenis begint vooralsnog in Friesland. Omstreeks 1700 werd daar ene Wytze geboren. Er was toen nog geen achternaam de Jong en helaas weten we niet wie de vader was van Wytze. Het is wel dankzij zijn zoon Jitse Wytzes, dat we zijn naam kennen.

In die tijd was het voeren van de vadersnaam – de patroniem (als achternaam) een gewoonte. Jitse Wytzes wordt genoemd als vader van  5 kinderen, hij was getrouwd met ene Trijntje Klases. Vermoedelijk woonden het gezin van Jitze in Hallum of Jislum. In ieder geval in het district wat thans onder de gemeente Ferweradeel valt. Een paar aardige feiten op een rijtje:

 

1.     De familie bleef ruim 200 jaar vrijwel allemaal in de streek wonen, Jislum, Hallum, Wanswerd, Birdaard zijn o.m. de dorpen waar zij geboren werden, zich vestigden, kinderen kregen en overleden. Daardoor was het mogelijk dat de nazaten van de kinderen van Jitze Wytzes enkele generaties later met elkaar huwden:

 

Beitske Gerks Dijkstra, dochter van Hinke Romkes Kingsma (gehuwd met Gerk Gerben Dijkstra), dochter van Romke Jacobs Kingma (gehuwd met Maike Tjeerds Straatsma), zoon van Beitskes Jitzes de Jong (gehuwd met Jacob Jans Kingma), dochter  van Jitze Wytzes de Jong (gehuwd -ca 1750- met Trijntje Klases)

Huwde in 1874 met:

Eelke Klases de Jong, zoon van Klaas Ypes de Jong (gehuwd met Aaltje Eelkes van der Woude), zoon van Ype Jietzes de Jong (gehuwd met Grietje Klases Buma), zoon van Jitze Wytzes de Jong (gehuwd -ca 1750- met Trijntje Klases).

 

2.     Rond 1811 wordt het aannemen van een familienaam verplicht. Voor onze genealogie verklaarde in 1812 Wytse Ytzes gezinshoofd te zijn. De naam ‘de Jong’ wordt voor onze stamboom ‘geboren’.

Van een broer van Wytse Jitzes, Ype Jietzes, wordt vermeld dat hij de achternaam de Jong(h), hanteert bij zijn huwelijk. Ook de patroniem is gewijzigd: Jitzes wordt Jietzes. Zijn kinderen worden echter weer gewoon de Jong (zonder ‘h’) genoemd.

Met betrekking tot de herkomst  en betekenis van namen verwijs ik graag naar het hoofdstuk ‘Familienamen 1811’. 

 
In 1811 - 1812 kende Ferwerderadeel vier mairieën (Blija, Ferwerd, Hallum en Marrum) en van alle vier is het register van naamsaanname bewaard gebleven. De akten zijn opgemaakt tussen december 1811 en maart 1812. Van de verklaring door Wytse Jitzes is dus een bewijsstuk bewaard gebleven.


 

Een kopie van een akte waarin Wytse Jitzes verklaard dat hij als gezinshoofd de familienaam de Jong aan te nemen:

Jong, Wytze Jitzes de, Jislum: k(inderen). Beitske 16, Jitze 14, Trijntje 11, Hendrik 9, Klaas 1, Ype 8 weken; Mairie Blija. fol. 40v, 12 maart 1812

 

 

3.     De familie de Jong heeft een protestantse afkomst. Men behoorde vermoedelijk tot de gereformeerde kerk. Rond 1834 is in ieder geval één van de generaties overgegaan naar de Nederlands Hervormde kerk. Om  precies te zijn: Trijntje Wytzes de Jong en haar echtgenoot Ate Jans Feenstra. Zij hadden zich aangesloten bij de ‘afgescheidenen’. Dat leverde deze nazaat nog een boete op van maar liefst fl. 100,00 (Zie verder het hoofdstuk ‘de afgescheidenen’).

Uit mijn jeugd herinner ik mij dat de familie De Jong een gereformeerde eenheid vormde en kerkelijk actief was. Voor wat mijzelf betreft kan ik op dit punt slechts melden dat ik tot de afvalligen behoor.

 

4.   Een vierde feit valt te melden over de emigratie van één van de nazaten. Jitse Ypes de Jong, zoon van Ype Wytzes de Jong en Antje Freerks Leystra, vertrok in 1869 met vrouw (Jantje Annes Hollander) en kind (Ype Jitzes de Jong, geb. 04-04-1868) naar Amerika, naar de staat Virginia. Zie verder het hoofdstuk ‘de Emigranten 1850-1880’). Zo’n tachtig jaar later zal nog een de Jong de frisse Friese weidegronden verlaten: "onze" oom Johannes.

 

 

Voor wat betreft de status en werksituatie van de familie in vroeger eeuwen, valt er weinig schokkends te melden. Geen adel, geen status en geen familiewapen. Het waren vermoedelijk arme (land-)arbeiders. Het gezin Jitze Wytzes zal niet rijk geweest zijn. Aan het gegeven dat al zijn kinderen opgroeiden en zelf ook weer kinderen kregen is in alle redelijkheid af te leiden dat zij niet straatarm geweest zijn. In latere generaties zien we een relatief hoge kindersterfte. Dat had onder meer te maken met de hygiëne in die tijd maar soms nog meer met de armoede waardoor het inroepen van medische hulp niet tot de mogelijkheden behoorde. Ferwerd en omstreken was toen een armoedig geheel. Men kan echter stellen dat met het stijgen van het algemene welvaartsniveau, door de tijd bezien, de familie hiervan in gelijke mate meeprofiteerde.